Lotus Type 56B
- PascalM
- Berichten: 449
- Lid geworden op: 02 aug 2013, 12:33
- Naam: Pascal
- Auto: Elise S MY2015
- Locatie: Oostende
Lotus Type 56B
Op 20 januari, tijdens de Autosport International Show, kondigde Classic Team Lotus de restauratie aan van de 1971 Lotus 56B chassis nummer 1. Maar wat is die Lotus 56B?
De Lotus 56B is de enige 4 wiel gasturbine aangedreven F1. De gasturbine was een Pratt & Whitney Canada PT6, 1 van de populairste turboprop vliegtuigmotoren van die tijd. Een turboprop? Ja, en niet te verwarren met een turbojet. Immers, een turboprop is een gasturbine met als doel een propeller aan te drijven. Dit in tegenstelling tot een turbojet waarvan de uitlaatgassen voldoende energie bevatten om voortstuwingskracht te generen. In een turboprop wordt via tandwielen het hoog toerental/laag koppel omgezet in een lager toerental/hoger koppel.
Was dat weer één van Colin’s wilde ideeën?
Niet echt. Voor het oorspronkelijk idee om een gasturbine in een racewagen te gebruiken moeten we naar de VS. Meer specifiek de Indy Car Race.
Een eerste redelijke poging werd in 1955 ondernomen. Toen werd een Boeing gasturbine in een Kurtis 500K gemonteerd. De racewagen zou echter nooit meedoen aan de wedstrijd.
Een tweede verdienstelijke poging werd in 1961 ondernomen. Een 375pk leverende Boeing gasturbine werd in de John Zink “Trackburner” gemonteerd. Dan Gurney (Je weet wel, hij die Colin overtuigde om met Lotus naar de Indy Car Race te komen) probeerde de wagen te qualificeren, zonder succes.
In 1966 wordt een raceauto genaamd Jack Adams Aircraft Special voor de Indy 500 ingeschreven. Deze racewagen had een 1350pk leverende General Electric T58 gasturbine. En ja, ook hier zou de racewagen niet racen. Ontoereikende remmen naar ’t schijnt (en dus te gevaarlijk).
In 1967 beslist Andy Granatelli, CEO van STP (Scientifically Treated Petroleum, een bedrijf gekend voor z’n toevoegmiddel voor motorolie en belangrijk autosport sponsor), een door gasturbine aangedreven racewagen in te schrijven voor de Indy 500. De STP-Paxton Turbocar was voorzien van een Pratt & Whitney Canada ST6B-62, slaagde in de kwalificatie en bleek zelfs op weg naar de overwinning. Echter, op 3 ronden van het einde begaf de versnellingsbak het...
Andy Granatelli bleef evenwel overtuigd van het potentieel van de gasturbine en contacteerde Colin Chapman om de volgende STP raceauto te ontwerpen. Colin Chapman en Maurice Philippe gingen aan de slag en de Lotus Type 56 zag het levenslicht.
Lotus Type 56
Colin en Maurice leverden met de type 56 een volledig nieuw en geavanceerd design. Een aerodynamisch wigvormig model werd door hen verkozen boven de meer traditionele sigaarvormige racewagens van die tijd.
In 1968 brengt Lotus 4 racewagens aan de start van de Indy 500.
Eigenlijk hadden er het 5 moeten zijn. De 5e wagen was voor Jim Clark voorzien, maar zijn overlijden tijdens een F2 wedstrijd in Hockenheim besliste daar anders over. Hij werd niet vervangen, de racewagen werd niet ingeschreven.
De resultaten waren, tjah, analoog aan de turbine racewagens van de voorgaande jaren. Eentje had mechanische pech en een ander crashte nog voor de race was begonnen. De derde racewagen kon starten en vestigde zelfs een nieuw ronderecord tijdens qualificatie met een gemiddelde snelheid van 171.559mph (276.097km/h). Helaas ook deze turbine racewagen finishte niet. Terwijl aan de leiding gaf de brandstofpomp het in de laatste rondes op.
Het echte probleem van de type 56 was echter niet van mechanische aard. Immers, nog voor de type 56 was ingeschreven, besliste de U.S. Auto Club dat de luchttoevoer van gasturbine wagens met 35% moest worden verminderd. Doel was het competitieve speelveld met de 'gewone' motoren te egaliseren.
Eigenlijk wilde de U.S.A.C. gasturbine racewagens helemaal verbieden. De 4e wagen die ik nog niet vermeldde heeft daar uiteindelijk voor gezorgd. Het was de bedoeling dat Graham Hill deze zou besturen, maar hij moest uiteindelijk vervroegd terug aan de slag in F1. Mike Spence verving hem, maar de race werd hem fataal. Met dit incident verbande de U.S.A.C. gasturbine racewagens in de Indy 500 naar de geschiedenisboeken.
Maar 1 ding is duidelijk. De Lotus type 56 vormt met zijn innovatief aerodynamisch model de basis voor racewagens van de volgende 10 jaar (Lotus 72…).
Lotus type 56B
Is het nu omwille van het geloof in de turbine als motor dan wel omwille van de publiciteit, feit is dat Colin Chapman met Pratt & Whitney ging praten om een motor voor de F1 te ontwikkelen.
Sowieso waren er goede redenen om voor een turbine te kiezen.
Ten eerste, de turbine leverde 600pk i.p.v. de 425pk die de toenmalig gebruikte motoren konden leveren. Daarnaast was de wielaandrijving simpelder: geen versnellingen of ontkoppelingspedaal nodig om al de kracht van de turbine naar de wielen te krijgen. Maar bovenal, een turbine was kleiner en lichter.
Maar, turbines zijn eigenlijk niet zo goed geschikt voor F1 wedstrijden.
De snelle ovalen van de Indy betekende voor de autocoureurs dat ze de turbine continu in de hoge toeren konden laten draaien. Dit in tegenstelling tot de F1 banen waar motoren meer flexibel moesten zijn. Iets waarvoor de turbines eigenlijk niet voor gemaakt waren.
Bijkomend, in het design van de racewagen moest ook met specifieke elementen rekening worden gehouden.
Er was geen nood aan radiatoropeningen om in de afkoeling van de turbine te voorzien. Daartegenover stond dat er wel een brede uitlaat voor de warme gassen moest worden voorzien. Om de stabiliteit van de racewagen te garanderen werd een brede uitlaat net achter de rennen voorzien. Maar waar er vooral rekening mee moest gehouden worden, was extra plaats voor brandstoftanks. Een turbine was immers een dorstig beestje: aan elke zijkant werd een tank van 280 liter voorzien. Finaal, bij gebrek aan ontkoppeling, werd de stilstand van de racewagen louter en alleen mogelijk door remmen. Om tegengewicht aan de turbine te garanderen dienden grotere en zwaardere remmen ingebouwd te worden. Basis voor de F1 turbine racewagen werd het type 56. Het oorspronkelijke type 56 design werd aangepast om de nieuwe turbine op te vangen.
Colin Chapman had de bedoeling om tijdens de F1 wedstrijd in Monza 1970 met de 56B uit te pakken. Ironisch genoeg koos Colin Chapman dit echter niet te doen. Hij wilde de titel kans van Jochen Rindt niet hypothekeren. Aldus reed Jochen Rindt de kwalificaties in Monza met de type 72. Het noodlot sloeg toe en Jochen stierf in een crash tijdens de kwalificaties. Zijn titelkans bleef gevrijwaard en kreeg postuum de wereldtitel.
De Lotus type 56B werd uiteindelijk gedurende 1971 in 3 Grand Prix ingeschreven. Zonder veel succes.
In Zandvoort en Silverstone slaagt de racewagen er niet in om de race te eindigen. Dit zijn trouwens de enige 2 wedstrijden waar Colin met zijn Team Lotus de 56B gebruikt.
In Monza komt de 56B ook aan de start, maar dan niet door Team Lotus. Immers, het verlies van Jochen Rindt in 1970 ligt Colin Chapman nog altijd zwaar en daardoor verschijnt Team Lotus niet in Monza.
Het geheimzinnige World Wide Racing team van ene Peter Warr brengt de 56B in goud en zwart wel aan de start (geheimzinnig… een Lotus Team manager? In de “omgekeerde” JPS kleuren?).
In Monza worden er 2 modellen ter beschikking gesteld 1 met front&rear wing en 1 zonder.
Emerson Fittipaldi zal uiteindelijk de 56B zonder wings kiezen omwille van stabiliteitsproblemen en slaagt er in om als 8ste over de streep te komen (de 4-wiel aandrijving bleek in de regen wel sneller, maar op droge baan kon het door het gewicht niet mee met de andere bolides).
De Lotus 56B is de enige 4 wiel gasturbine aangedreven F1. De gasturbine was een Pratt & Whitney Canada PT6, 1 van de populairste turboprop vliegtuigmotoren van die tijd. Een turboprop? Ja, en niet te verwarren met een turbojet. Immers, een turboprop is een gasturbine met als doel een propeller aan te drijven. Dit in tegenstelling tot een turbojet waarvan de uitlaatgassen voldoende energie bevatten om voortstuwingskracht te generen. In een turboprop wordt via tandwielen het hoog toerental/laag koppel omgezet in een lager toerental/hoger koppel.
Was dat weer één van Colin’s wilde ideeën?
Niet echt. Voor het oorspronkelijk idee om een gasturbine in een racewagen te gebruiken moeten we naar de VS. Meer specifiek de Indy Car Race.
Een eerste redelijke poging werd in 1955 ondernomen. Toen werd een Boeing gasturbine in een Kurtis 500K gemonteerd. De racewagen zou echter nooit meedoen aan de wedstrijd.
Een tweede verdienstelijke poging werd in 1961 ondernomen. Een 375pk leverende Boeing gasturbine werd in de John Zink “Trackburner” gemonteerd. Dan Gurney (Je weet wel, hij die Colin overtuigde om met Lotus naar de Indy Car Race te komen) probeerde de wagen te qualificeren, zonder succes.
In 1966 wordt een raceauto genaamd Jack Adams Aircraft Special voor de Indy 500 ingeschreven. Deze racewagen had een 1350pk leverende General Electric T58 gasturbine. En ja, ook hier zou de racewagen niet racen. Ontoereikende remmen naar ’t schijnt (en dus te gevaarlijk).
In 1967 beslist Andy Granatelli, CEO van STP (Scientifically Treated Petroleum, een bedrijf gekend voor z’n toevoegmiddel voor motorolie en belangrijk autosport sponsor), een door gasturbine aangedreven racewagen in te schrijven voor de Indy 500. De STP-Paxton Turbocar was voorzien van een Pratt & Whitney Canada ST6B-62, slaagde in de kwalificatie en bleek zelfs op weg naar de overwinning. Echter, op 3 ronden van het einde begaf de versnellingsbak het...
Andy Granatelli bleef evenwel overtuigd van het potentieel van de gasturbine en contacteerde Colin Chapman om de volgende STP raceauto te ontwerpen. Colin Chapman en Maurice Philippe gingen aan de slag en de Lotus Type 56 zag het levenslicht.
Lotus Type 56
Colin en Maurice leverden met de type 56 een volledig nieuw en geavanceerd design. Een aerodynamisch wigvormig model werd door hen verkozen boven de meer traditionele sigaarvormige racewagens van die tijd.
In 1968 brengt Lotus 4 racewagens aan de start van de Indy 500.
Eigenlijk hadden er het 5 moeten zijn. De 5e wagen was voor Jim Clark voorzien, maar zijn overlijden tijdens een F2 wedstrijd in Hockenheim besliste daar anders over. Hij werd niet vervangen, de racewagen werd niet ingeschreven.
De resultaten waren, tjah, analoog aan de turbine racewagens van de voorgaande jaren. Eentje had mechanische pech en een ander crashte nog voor de race was begonnen. De derde racewagen kon starten en vestigde zelfs een nieuw ronderecord tijdens qualificatie met een gemiddelde snelheid van 171.559mph (276.097km/h). Helaas ook deze turbine racewagen finishte niet. Terwijl aan de leiding gaf de brandstofpomp het in de laatste rondes op.
Het echte probleem van de type 56 was echter niet van mechanische aard. Immers, nog voor de type 56 was ingeschreven, besliste de U.S. Auto Club dat de luchttoevoer van gasturbine wagens met 35% moest worden verminderd. Doel was het competitieve speelveld met de 'gewone' motoren te egaliseren.
Eigenlijk wilde de U.S.A.C. gasturbine racewagens helemaal verbieden. De 4e wagen die ik nog niet vermeldde heeft daar uiteindelijk voor gezorgd. Het was de bedoeling dat Graham Hill deze zou besturen, maar hij moest uiteindelijk vervroegd terug aan de slag in F1. Mike Spence verving hem, maar de race werd hem fataal. Met dit incident verbande de U.S.A.C. gasturbine racewagens in de Indy 500 naar de geschiedenisboeken.
Maar 1 ding is duidelijk. De Lotus type 56 vormt met zijn innovatief aerodynamisch model de basis voor racewagens van de volgende 10 jaar (Lotus 72…).
Lotus type 56B
Is het nu omwille van het geloof in de turbine als motor dan wel omwille van de publiciteit, feit is dat Colin Chapman met Pratt & Whitney ging praten om een motor voor de F1 te ontwikkelen.
Sowieso waren er goede redenen om voor een turbine te kiezen.
Ten eerste, de turbine leverde 600pk i.p.v. de 425pk die de toenmalig gebruikte motoren konden leveren. Daarnaast was de wielaandrijving simpelder: geen versnellingen of ontkoppelingspedaal nodig om al de kracht van de turbine naar de wielen te krijgen. Maar bovenal, een turbine was kleiner en lichter.
Maar, turbines zijn eigenlijk niet zo goed geschikt voor F1 wedstrijden.
De snelle ovalen van de Indy betekende voor de autocoureurs dat ze de turbine continu in de hoge toeren konden laten draaien. Dit in tegenstelling tot de F1 banen waar motoren meer flexibel moesten zijn. Iets waarvoor de turbines eigenlijk niet voor gemaakt waren.
Bijkomend, in het design van de racewagen moest ook met specifieke elementen rekening worden gehouden.
Er was geen nood aan radiatoropeningen om in de afkoeling van de turbine te voorzien. Daartegenover stond dat er wel een brede uitlaat voor de warme gassen moest worden voorzien. Om de stabiliteit van de racewagen te garanderen werd een brede uitlaat net achter de rennen voorzien. Maar waar er vooral rekening mee moest gehouden worden, was extra plaats voor brandstoftanks. Een turbine was immers een dorstig beestje: aan elke zijkant werd een tank van 280 liter voorzien. Finaal, bij gebrek aan ontkoppeling, werd de stilstand van de racewagen louter en alleen mogelijk door remmen. Om tegengewicht aan de turbine te garanderen dienden grotere en zwaardere remmen ingebouwd te worden. Basis voor de F1 turbine racewagen werd het type 56. Het oorspronkelijke type 56 design werd aangepast om de nieuwe turbine op te vangen.
Colin Chapman had de bedoeling om tijdens de F1 wedstrijd in Monza 1970 met de 56B uit te pakken. Ironisch genoeg koos Colin Chapman dit echter niet te doen. Hij wilde de titel kans van Jochen Rindt niet hypothekeren. Aldus reed Jochen Rindt de kwalificaties in Monza met de type 72. Het noodlot sloeg toe en Jochen stierf in een crash tijdens de kwalificaties. Zijn titelkans bleef gevrijwaard en kreeg postuum de wereldtitel.
De Lotus type 56B werd uiteindelijk gedurende 1971 in 3 Grand Prix ingeschreven. Zonder veel succes.
In Zandvoort en Silverstone slaagt de racewagen er niet in om de race te eindigen. Dit zijn trouwens de enige 2 wedstrijden waar Colin met zijn Team Lotus de 56B gebruikt.
In Monza komt de 56B ook aan de start, maar dan niet door Team Lotus. Immers, het verlies van Jochen Rindt in 1970 ligt Colin Chapman nog altijd zwaar en daardoor verschijnt Team Lotus niet in Monza.
Het geheimzinnige World Wide Racing team van ene Peter Warr brengt de 56B in goud en zwart wel aan de start (geheimzinnig… een Lotus Team manager? In de “omgekeerde” JPS kleuren?).
In Monza worden er 2 modellen ter beschikking gesteld 1 met front&rear wing en 1 zonder.
Emerson Fittipaldi zal uiteindelijk de 56B zonder wings kiezen omwille van stabiliteitsproblemen en slaagt er in om als 8ste over de streep te komen (de 4-wiel aandrijving bleek in de regen wel sneller, maar op droge baan kon het door het gewicht niet mee met de andere bolides).
De Lotus Drivers Meeting is een eenvoudige manier om andere Lotus gepassioneerden te ontmoeten. De meeting gaat maandelijks door op zaterdag en dit van 16u tot 18u. Ontmoetingsplaats: Lotus Verhiest in Oostende.
Voor meer info: Lotus Drivers Meeting Belgium
Voor meer info: Lotus Drivers Meeting Belgium
- Hugo
- Berichten: 934
- Lid geworden op: 08 nov 2009, 09:47
- Naam: Hugo
- Auto: Europa Special
- Locatie: Stabroek
Re: Lotus Type 56B
@Pascale,
mooie toelichting over deze speciale Lotus 56 turbine auto
wist wel direct waarover het ging op het internet is wel veel info te vinden, maar ik ben nog old-school en heb nog info in andere media vorm
zoals elke jonge gast die geïnteresseerd is in autosport begint het gewoonlijk met op jongere leeftijd het verzamelen van het onderwerp, ik ben geboren in 1950 en in de jaren 60 van vorige eeuw was nog geen sprake van internet, de meeste info was te vinden in de geschreven pers, ik kocht toen boeken en tijdschriften over autosport, ook techniek enz de meesten en interessantste waren wel in het frans , denk zelfs dat ik daarmee de Franse taal ook beter en beter onder de knie kreeg
weet zelfs nog het eerste tijdschrift dat ik kocht, was in 1964 en was het Franstalige Sport-Auto met een verslag en foto's van de Rally van Monte Carlo
veel van die tijdschriften zijn wel bij verschillende verhuizen achtergebleven
sommigen zijn echter wel telkens meegegaan waaronder het volgende onderstaande, is Franstaling boek, jaarlijkse uitgave met veel autosportgegevens
boek is uit 1969 en behandeld het jaar 1968 en daarin een verslag en foto's van de 500 mijlen van Indianapolis 1968, waar dus die Lotus turbine auto's hebben meegedaan
de startgrid op papier en op foto met twee Lotussen op de eerste rij de Amerikaan Joe Leonard, polesitter
alhoewel de Lotussen zeer snelle oefentijden hadden neergezet, reden ze in de race toch niet weg van de tegenstanders, er werd geregeld gewisseld van koppositie, geen enkele Lotus zou echter de finish bereiken, telkens er één uitviel steeg bij het 300 000 koppige publiek gejuich op omdat die vonden dat ze niet met gelijke wapens streden, de organisatie werkte ook de turbineauto's tegen door allerlei regeltjes
Graham Hill viel uit in de 111 ronde, breuk ophanging voor rechts
de twee overblijvenden vielen uit, de ene 12 ronden en de andere 9 ronde voor het einde allebei door breuk aan het aandrijfasje van de benzinepomp, Joe Leonard reed toen wel aan de leiding
de uitslag Mike Spence, F1 piloot met BRM, verongelukte dodelijk tijdens de training met een vierde Lotus 56 turbine, of er nog een vijfde Lotus 56 turbine was voor Jim Clark, kan ik in het verslag niet vinden, als ik tussen de regels lees reed Mike Spence met de Lotus die voor Jim Clark bestemd was
De organisatie schreef dit ongeluk toe aan de turbine aandrijving, die bleef immers op 80% van haar vermogen draaien bij het gaslossen en afremmen, het duurde anders te lang vooraleer er weer maximum vermogen was
Mike Spence zou ongedeerd uit deze crash tegen de muur zijn gekomen, ware het niet dat hij vol op zijn hoofd geraakt werd door zijn afgebroken rechtervoorwiel
ik leer uit dit boek ook dat in 1968 er 4 Formule 1 piloten om het leven kwamen, het was toen nog gebruikelijk dat F1 piloten toen ook nog aan andere wedstijden deel namen, er waren in 1968 maar 12 Grand Prix races
Mike Spence verongelukte tijdens de trainingen van de 500 mijlsrace van Indianapolis met een Lotus
Jo Sclesser tijdens zijn ( eerste) F1 race te Rouen Frankrijk met een Honda F1
Ludovico Scarfiotti ( F1 met Cooper BRM in 1968, won met Ferrari nog de Italiaanse Grand Prix op Monza in 1966) verongelukte dodelijk tijdens de bergklimkoers in Rossfeld met een Spider Porsche
tenslotte Jim Clark met een Lotus Formule 2 op Hockenheim
een van zijn laatste foto's
mooie toelichting over deze speciale Lotus 56 turbine auto
wist wel direct waarover het ging op het internet is wel veel info te vinden, maar ik ben nog old-school en heb nog info in andere media vorm
zoals elke jonge gast die geïnteresseerd is in autosport begint het gewoonlijk met op jongere leeftijd het verzamelen van het onderwerp, ik ben geboren in 1950 en in de jaren 60 van vorige eeuw was nog geen sprake van internet, de meeste info was te vinden in de geschreven pers, ik kocht toen boeken en tijdschriften over autosport, ook techniek enz de meesten en interessantste waren wel in het frans , denk zelfs dat ik daarmee de Franse taal ook beter en beter onder de knie kreeg
weet zelfs nog het eerste tijdschrift dat ik kocht, was in 1964 en was het Franstalige Sport-Auto met een verslag en foto's van de Rally van Monte Carlo
veel van die tijdschriften zijn wel bij verschillende verhuizen achtergebleven
sommigen zijn echter wel telkens meegegaan waaronder het volgende onderstaande, is Franstaling boek, jaarlijkse uitgave met veel autosportgegevens
boek is uit 1969 en behandeld het jaar 1968 en daarin een verslag en foto's van de 500 mijlen van Indianapolis 1968, waar dus die Lotus turbine auto's hebben meegedaan
de startgrid op papier en op foto met twee Lotussen op de eerste rij de Amerikaan Joe Leonard, polesitter
alhoewel de Lotussen zeer snelle oefentijden hadden neergezet, reden ze in de race toch niet weg van de tegenstanders, er werd geregeld gewisseld van koppositie, geen enkele Lotus zou echter de finish bereiken, telkens er één uitviel steeg bij het 300 000 koppige publiek gejuich op omdat die vonden dat ze niet met gelijke wapens streden, de organisatie werkte ook de turbineauto's tegen door allerlei regeltjes
Graham Hill viel uit in de 111 ronde, breuk ophanging voor rechts
de twee overblijvenden vielen uit, de ene 12 ronden en de andere 9 ronde voor het einde allebei door breuk aan het aandrijfasje van de benzinepomp, Joe Leonard reed toen wel aan de leiding
de uitslag Mike Spence, F1 piloot met BRM, verongelukte dodelijk tijdens de training met een vierde Lotus 56 turbine, of er nog een vijfde Lotus 56 turbine was voor Jim Clark, kan ik in het verslag niet vinden, als ik tussen de regels lees reed Mike Spence met de Lotus die voor Jim Clark bestemd was
De organisatie schreef dit ongeluk toe aan de turbine aandrijving, die bleef immers op 80% van haar vermogen draaien bij het gaslossen en afremmen, het duurde anders te lang vooraleer er weer maximum vermogen was
Mike Spence zou ongedeerd uit deze crash tegen de muur zijn gekomen, ware het niet dat hij vol op zijn hoofd geraakt werd door zijn afgebroken rechtervoorwiel
ik leer uit dit boek ook dat in 1968 er 4 Formule 1 piloten om het leven kwamen, het was toen nog gebruikelijk dat F1 piloten toen ook nog aan andere wedstijden deel namen, er waren in 1968 maar 12 Grand Prix races
Mike Spence verongelukte tijdens de trainingen van de 500 mijlsrace van Indianapolis met een Lotus
Jo Sclesser tijdens zijn ( eerste) F1 race te Rouen Frankrijk met een Honda F1
Ludovico Scarfiotti ( F1 met Cooper BRM in 1968, won met Ferrari nog de Italiaanse Grand Prix op Monza in 1966) verongelukte dodelijk tijdens de bergklimkoers in Rossfeld met een Spider Porsche
tenslotte Jim Clark met een Lotus Formule 2 op Hockenheim
een van zijn laatste foto's
- PascalM
- Berichten: 449
- Lid geworden op: 02 aug 2013, 12:33
- Naam: Pascal
- Auto: Elise S MY2015
- Locatie: Oostende
Re: Lotus Type 56B
Thanks Hugo!
Zelf ben ik van 1965. Dus de jaren 60 heb ik niet 'meegemaakt' zoals jij die hebt kunnen beleven.
Via het internet valt inderdaad al veel te vinden. Hoewel het bij momenten toch echt wel sprokkelen is. Van gestructureerde informatie in wikipedia tot individuele berichten in forums aflopen, 't is niet altijd simpel. Vooral omdat iedereen wel een mening heeft en je dus regelmatig moet checken indien wat gezegd wordt, ook via andere bronnen wordt bevestigd. Moeilijkste is dan natuurlijk de 'zwarte gaten' die niemand weet in te vullen...
Maar old-school of niet, boeken blijven voor mij toch ook wel 'de' referentie.
Sinds ik mijn 'slapende' Lotus interesse heb geactiveerd, probeer ik toch ook via boeken mijn kennis over de successen in de jaren 60 op te bouwen (hoewel ik met de 56B me stilaan ook in de jaren 70 aan het zetten ben ) Zo heb ik
* het Team Lotus The Formula 1 Cars boekje van bij Coterie Press
* het boek Lotus 25 & 33 door John Tipler (daar ben ik Ron Hickman voor de eerste keer tegengekomen)
* het boek Lotus 49 door Michael Oliver (net beginnen lezen)
De research die eraan vooraf is gegaan en de vele foto's betaal je natuurlijk. Maar de schat aan informatie en een mooi boek in handen hebben, blijft nog altijd iets hebben.
De info die je in die boeken leest, vind je niet op 't net. Zeker als die boeken dan nog van in die periode zelf zijn. Vooral omdat ze dan de nodige details bevatten die over tijd niet verloren zijn gegaan. Daarom zijn jouw posts over de Europa zo boeiend.
By the way, Pascal is zonder e achteraan.
Zelf ben ik van 1965. Dus de jaren 60 heb ik niet 'meegemaakt' zoals jij die hebt kunnen beleven.
Via het internet valt inderdaad al veel te vinden. Hoewel het bij momenten toch echt wel sprokkelen is. Van gestructureerde informatie in wikipedia tot individuele berichten in forums aflopen, 't is niet altijd simpel. Vooral omdat iedereen wel een mening heeft en je dus regelmatig moet checken indien wat gezegd wordt, ook via andere bronnen wordt bevestigd. Moeilijkste is dan natuurlijk de 'zwarte gaten' die niemand weet in te vullen...
Maar old-school of niet, boeken blijven voor mij toch ook wel 'de' referentie.
Sinds ik mijn 'slapende' Lotus interesse heb geactiveerd, probeer ik toch ook via boeken mijn kennis over de successen in de jaren 60 op te bouwen (hoewel ik met de 56B me stilaan ook in de jaren 70 aan het zetten ben ) Zo heb ik
* het Team Lotus The Formula 1 Cars boekje van bij Coterie Press
* het boek Lotus 25 & 33 door John Tipler (daar ben ik Ron Hickman voor de eerste keer tegengekomen)
* het boek Lotus 49 door Michael Oliver (net beginnen lezen)
De research die eraan vooraf is gegaan en de vele foto's betaal je natuurlijk. Maar de schat aan informatie en een mooi boek in handen hebben, blijft nog altijd iets hebben.
De info die je in die boeken leest, vind je niet op 't net. Zeker als die boeken dan nog van in die periode zelf zijn. Vooral omdat ze dan de nodige details bevatten die over tijd niet verloren zijn gegaan. Daarom zijn jouw posts over de Europa zo boeiend.
By the way, Pascal is zonder e achteraan.
De Lotus Drivers Meeting is een eenvoudige manier om andere Lotus gepassioneerden te ontmoeten. De meeting gaat maandelijks door op zaterdag en dit van 16u tot 18u. Ontmoetingsplaats: Lotus Verhiest in Oostende.
Voor meer info: Lotus Drivers Meeting Belgium
Voor meer info: Lotus Drivers Meeting Belgium
- Hugo
- Berichten: 934
- Lid geworden op: 08 nov 2009, 09:47
- Naam: Hugo
- Auto: Europa Special
- Locatie: Stabroek
Re: Lotus Type 56B
Pascal, foutje gemaakt
voor ik een bericht definitief op het forum plaats kijk ik alles nog eens na, en ja soms sluipt er toch nog een foutje in, sorry zal niet meer gebeuren
wil nog wel even terug komen op het dodelijk ongeval van Jim Clark op 7 april 1968 in Hockenheim
als je daar op het internet info of foto's van zoekt word als vermoedelijke reden een breuk van de ophanging of een leeglopende band opgegeven
in het eerder vermelde boek uit 1969 dat het race jaar 1968 verslaat wordt echter een heel andere reden opgegeven
er wordt gezegd dat Clark uit de baan ging omdat hij 3 toeschouwers die de baan wilden oversteken wou ontwijken, er is zelfs sprake van een getuige ( temoin) is idd mogelijk daar de baan daar een lichte bocht naar rechts maakte en ze de op topsnelheid aankomende auto's niet op tijd zagen aankomen
dit boek is gedrukt een 9 tal maanden na de feiten, in het artikel wordt ook vermeld dat er na onderzoek van de wrakstukken geen aantoonbare bewijzen zijn die een ander oorzaak zouden aangeven
nu was er van de auto van Clark na de crash in de bomen niet veel meer over, vangrails waren er nog niet, ook geen afsluitingen die toeschouwers van de baan moesten houden
foto's van het wrak dat middendoor gebroken was is er later toch iets anders aan het licht gekomen? Heeft de organisatie de mogelijkheid van overstekende toeschouwers verworpen? want dan waren ze ook een beetje in de fout? in elk geval de juiste oorzaak zal wel nooit meer aan het licht komen
op de plaats van het ongeval heeft jaren een gedenksteen gestaan tussen de bomen op de plaats van het ongeluk, omdat dat binnen het circuit lag in het bos was dat moeilijk te bereiken, velen wisten zelfs niet van het bestaan ervan
deze gedenksteen is in 1999 toen het circuit van Hockenheim werd verkort, verplaats naar een plaats dicht tegen het vernieuwde en verkorte circuit en is nu voor iedereen bereikbaar
het oude gedeelte van het circuit door het bos is helemaal afgebroken en is terug aan de natuur gegeven, enkele autofans hebben toch weer de juiste plaats van het ongeval opgezocht en er terug een aandenken geplaatst
in die jaren waren racecircuits nog niet zo beveiligd als nu, sommigen waren zelfs helemaal of gedeeltelijk openbare weg, als men wilde kon men tot tegen de racebaan komen, zo ook nog op het oude levensgevaarlijke circuit van 14,1 km van Francorchamps, Jim Clark won hier trouwens in 1962,1963,1964 en 1965 telkens de GP van België
foto uit 1968 van het circuit van Francorschamps en een melkmachine bestond toen precies ook nog niet
voor ik een bericht definitief op het forum plaats kijk ik alles nog eens na, en ja soms sluipt er toch nog een foutje in, sorry zal niet meer gebeuren
wil nog wel even terug komen op het dodelijk ongeval van Jim Clark op 7 april 1968 in Hockenheim
als je daar op het internet info of foto's van zoekt word als vermoedelijke reden een breuk van de ophanging of een leeglopende band opgegeven
in het eerder vermelde boek uit 1969 dat het race jaar 1968 verslaat wordt echter een heel andere reden opgegeven
er wordt gezegd dat Clark uit de baan ging omdat hij 3 toeschouwers die de baan wilden oversteken wou ontwijken, er is zelfs sprake van een getuige ( temoin) is idd mogelijk daar de baan daar een lichte bocht naar rechts maakte en ze de op topsnelheid aankomende auto's niet op tijd zagen aankomen
dit boek is gedrukt een 9 tal maanden na de feiten, in het artikel wordt ook vermeld dat er na onderzoek van de wrakstukken geen aantoonbare bewijzen zijn die een ander oorzaak zouden aangeven
nu was er van de auto van Clark na de crash in de bomen niet veel meer over, vangrails waren er nog niet, ook geen afsluitingen die toeschouwers van de baan moesten houden
foto's van het wrak dat middendoor gebroken was is er later toch iets anders aan het licht gekomen? Heeft de organisatie de mogelijkheid van overstekende toeschouwers verworpen? want dan waren ze ook een beetje in de fout? in elk geval de juiste oorzaak zal wel nooit meer aan het licht komen
op de plaats van het ongeval heeft jaren een gedenksteen gestaan tussen de bomen op de plaats van het ongeluk, omdat dat binnen het circuit lag in het bos was dat moeilijk te bereiken, velen wisten zelfs niet van het bestaan ervan
deze gedenksteen is in 1999 toen het circuit van Hockenheim werd verkort, verplaats naar een plaats dicht tegen het vernieuwde en verkorte circuit en is nu voor iedereen bereikbaar
het oude gedeelte van het circuit door het bos is helemaal afgebroken en is terug aan de natuur gegeven, enkele autofans hebben toch weer de juiste plaats van het ongeval opgezocht en er terug een aandenken geplaatst
in die jaren waren racecircuits nog niet zo beveiligd als nu, sommigen waren zelfs helemaal of gedeeltelijk openbare weg, als men wilde kon men tot tegen de racebaan komen, zo ook nog op het oude levensgevaarlijke circuit van 14,1 km van Francorchamps, Jim Clark won hier trouwens in 1962,1963,1964 en 1965 telkens de GP van België
foto uit 1968 van het circuit van Francorschamps en een melkmachine bestond toen precies ook nog niet
- PascalM
- Berichten: 449
- Lid geworden op: 02 aug 2013, 12:33
- Naam: Pascal
- Auto: Elise S MY2015
- Locatie: Oostende
Re: Lotus Type 56B
De echte reden voor de crash van Jim Clark in een F2 race waar hij uiteindelijk niet hoefde aan mee te doen, blijft verborgen in de "eeuwige autorace-velden".
In het Lotus 49 boek wordt een lekke achterband als mogelijke oorzaak aangegeven.
In de 4e ronde zag een andere piloot hoe Jim na een scherpe bocht naar links de wagen moest corrigeren. Bij het uitkomen van de volgende bocht gaf Jim vol gas en zag die piloot hoe Jim alle moeite deed om de wagen recht te krijgen. De wagen zwalpte van links naar rechts, maar helaas zouden zijn rijkunsten hem deze keer niet hebben kunnen helpen.
Soit, we zullen het nooit weten.
Feit is dat Colin Chapman zwaar was aangeslagen. De zwarte Lotus badge zag vanaf dan het licht en Colin zou zich nooit meer zo aan een piloot hechten.
In het Lotus 49 boek wordt een lekke achterband als mogelijke oorzaak aangegeven.
In de 4e ronde zag een andere piloot hoe Jim na een scherpe bocht naar links de wagen moest corrigeren. Bij het uitkomen van de volgende bocht gaf Jim vol gas en zag die piloot hoe Jim alle moeite deed om de wagen recht te krijgen. De wagen zwalpte van links naar rechts, maar helaas zouden zijn rijkunsten hem deze keer niet hebben kunnen helpen.
Soit, we zullen het nooit weten.
Feit is dat Colin Chapman zwaar was aangeslagen. De zwarte Lotus badge zag vanaf dan het licht en Colin zou zich nooit meer zo aan een piloot hechten.
De Lotus Drivers Meeting is een eenvoudige manier om andere Lotus gepassioneerden te ontmoeten. De meeting gaat maandelijks door op zaterdag en dit van 16u tot 18u. Ontmoetingsplaats: Lotus Verhiest in Oostende.
Voor meer info: Lotus Drivers Meeting Belgium
Voor meer info: Lotus Drivers Meeting Belgium
- PascalM
- Berichten: 449
- Lid geworden op: 02 aug 2013, 12:33
- Naam: Pascal
- Auto: Elise S MY2015
- Locatie: Oostende
Re: Lotus Type 56B
De Lotus 56 tijdens Goodwood Festival of Speed
De Lotus Drivers Meeting is een eenvoudige manier om andere Lotus gepassioneerden te ontmoeten. De meeting gaat maandelijks door op zaterdag en dit van 16u tot 18u. Ontmoetingsplaats: Lotus Verhiest in Oostende.
Voor meer info: Lotus Drivers Meeting Belgium
Voor meer info: Lotus Drivers Meeting Belgium
-
- Berichten: 2153
- Lid geworden op: 09 sep 2008, 12:50
- Naam: Henk-Jan
- Auto: Elan M100 S2 Turbo '95
- Locatie: Delluf
Re: Lotus Type 56B
Waanzinnig leuke geschiedenis, leuk leesvoer en leuk geschreven.
Ik draai ook regelmatig met een klein straalmotortje op mijn werk om de studenten de basisbeginselen van de straalmotor bij te brengen. Erg leuk om te doen en ook een leuk ding om te onderhouden.
Verder werd ik getriggerd door het waanzinnig mooie schaalmodel op de foto! Is dat commercieel verkrijgbaar?
Ik draai ook regelmatig met een klein straalmotortje op mijn werk om de studenten de basisbeginselen van de straalmotor bij te brengen. Erg leuk om te doen en ook een leuk ding om te onderhouden.
Verder werd ik getriggerd door het waanzinnig mooie schaalmodel op de foto! Is dat commercieel verkrijgbaar?
If you always do what you always did, you always get what you always got.
- PascalM
- Berichten: 449
- Lid geworden op: 02 aug 2013, 12:33
- Naam: Pascal
- Auto: Elise S MY2015
- Locatie: Oostende
Re: Lotus Type 56B
Dank je Henk-Jan!
Het schaalmodel is op 1/18 en van TSM Model (True Scale Minature Model: www.tsm-model.com).
Het is in de versie zonder front&rear wing van World Wide Racing team die in Monza in 1971 met Emerson Fittipaldi aan de start kwam.
Op de TSM Model website vind ik deze uitvoering niet meer terug. Wel hebben ze de indy versie, nr.60 van Joe Leonard. Evenwel in pre-order: Lotus 56 #60
Waar je ook terecht kan is bij Classic Lotus Team.
Evenwel ook de Indy versie, maar dan in de uitvoering van Graham Hill (nr.70): Lotus 56 #70
Beide modellen zijn met dezelfde prachtige detaillering.
groetjes.
Het schaalmodel is op 1/18 en van TSM Model (True Scale Minature Model: www.tsm-model.com).
Het is in de versie zonder front&rear wing van World Wide Racing team die in Monza in 1971 met Emerson Fittipaldi aan de start kwam.
Op de TSM Model website vind ik deze uitvoering niet meer terug. Wel hebben ze de indy versie, nr.60 van Joe Leonard. Evenwel in pre-order: Lotus 56 #60
Waar je ook terecht kan is bij Classic Lotus Team.
Evenwel ook de Indy versie, maar dan in de uitvoering van Graham Hill (nr.70): Lotus 56 #70
Beide modellen zijn met dezelfde prachtige detaillering.
groetjes.
De Lotus Drivers Meeting is een eenvoudige manier om andere Lotus gepassioneerden te ontmoeten. De meeting gaat maandelijks door op zaterdag en dit van 16u tot 18u. Ontmoetingsplaats: Lotus Verhiest in Oostende.
Voor meer info: Lotus Drivers Meeting Belgium
Voor meer info: Lotus Drivers Meeting Belgium
- PascalM
- Berichten: 449
- Lid geworden op: 02 aug 2013, 12:33
- Naam: Pascal
- Auto: Elise S MY2015
- Locatie: Oostende
Re: Lotus Type 56B
Met het weer die al een tikkeltje herfst inluidt...
De Lotus Drivers Meeting is een eenvoudige manier om andere Lotus gepassioneerden te ontmoeten. De meeting gaat maandelijks door op zaterdag en dit van 16u tot 18u. Ontmoetingsplaats: Lotus Verhiest in Oostende.
Voor meer info: Lotus Drivers Meeting Belgium
Voor meer info: Lotus Drivers Meeting Belgium
-
- Berichten: 2153
- Lid geworden op: 09 sep 2008, 12:50
- Naam: Henk-Jan
- Auto: Elan M100 S2 Turbo '95
- Locatie: Delluf
Re: Lotus Type 56B
Daar wordt je toch gewoon blij van!
If you always do what you always did, you always get what you always got.